19 september 2007

Kommer en kwel

Mijn kinderen noemde hem Gel. Wij noemden het gezin: Papa & Mama Kommer en zoontje Kwel. In werkelijkheid heette hij anders, maar dat is niet belangrijk. Hij was ons buurjongetje op de camping. Het was een leuk mannetje. Blond, blauwe ogen en een ondeugende lach. Het zou leuk geweest zijn als zijn ouders dat ook zo zouden ervaren. Het mannetje was vooral heel goed in het zichzelf onzichtbaar maken. Hij was een ster in zichzelf, zo stil mogelijk, vermaken. Maar af en toe brak het 'normale' kind in hem los. Wilde hij aandacht, spelen, stoeien, overdwars liggen, ageren. Het 'normale' kind werd binnen de kortste keren afgestraft en al snel viel hij terug in zijn aangepaste gedrag. Regelmatig zat hij alleen in zijn kinderstoel aan tafel terwijl zijn ouders zich bezig hielden met God weet wat. Ze lieten hem zitten aan een lege tafel zonder ook maar iets om mee te spelen. Hij had geluk dat de blaadjes al van de bomen vielen. Hij probeerde af en toe een blaadje te pakken dat op de tafel waaide, maar de wind was hem altijd te snel af. Als hij 's nachts huilde, riep zijn vader dat hij op moest houden. Als hij in de auto zat en om zijn ouders riep die gewoon een paar meter verderop zaten te lezen, werd hij genegeerd. Om vervolgens, wanneer het hen uitkwam, naar de auto te lopen en te zeggen: 'Ooohhhh, je bent al wakker!' Mijn hart brak als hij in een campingbedje uit het zicht van zijn ouders werd gezet met één knuffel.
Gek genoeg kon hij praten als de beste. Raar als je bedenkt dat hij zo weinig aandacht kreeg. We hebben zijn vader één keer met hem op een speelkleed zien zitten. Vijf minuten want toen moest hij zichzelf maar weer gaan vermaken. Papa had blijkbaar betere dingen te doen. Zo weinig aandacht, zoveel aangepast gedrag en toch een leuk mannetje zijn. Ik vind het knap. Ik heb nu al respect voor dit kereltje. Want in mijn ogen heeft hij het niet makkelijk en naarmate hij ouder wordt zal het nog moeilijker worden. Je raakt toch een keer uitgeput van al dat aangepaste gedrag. Ik had hem graag in mijn armen gesloten en gezegd dat ik van hem hou. Dat als hij huilt, ik kom kijken wat er aan de hand is en dat ik hem met liefde tien keer hetzelfde verhaaltje voor wil lezen. Ik zou hem niet negeren en uit het zicht zetten. Ik zou hem niet 24 uur per dag laten merken dat hij niets is of niemand. Ik zou hem graag willen leren wat warmte en genegenheid is, maar hij heeft zijn eigen ouders. En zoals het er nu uit ziet, blijft dit mannetje altijd een soort kwel voor Papa & Mama Kommer.